Dokkumer 'meeloper' bij containerbrand

di 2 oktober 2007, 16.10 uur

LEEUWARDEN - Eind vorig jaar en begin dit jaar werd Dokkum geteisterd door een reeks branden. De brandstichters hadden een voorkeur voor vuilcontainers, maar ook andere zaken, zoals een hok van de korfbalvereniging, moesten eraan geloven. Dinsdag moest een 18-jarige Dokkumer zich bij de Leeuwarder rechtbank melden voor zijn aandeel in de brandstichtingen.

De Dokkumer werd verdacht van betrokkenheid bij twee branden: op 10 december, in de buurt van de Poiesz supermarkt aan de Houtduif, en op 25 december, toen een deel van het hok van de korfbalvereniging aan de Harddraversdyk in de hens ging. Van die laatste brand kon de officier van justitie niet bewijzen dat de Dokkumer daar een aandeel in heeft gehad. Bij de brand in het hok ging een deel van de zolder en het plafond verloren.

De verdachte had wel eens brand gesticht bij het hok, eerder in december, maar die brand was volgens hem uit zichzelf uitgegaan. Op 10 december, op zijn verjaardag, had de Dokkumer samen met een maat de vuilniszakken aangestoken die in de container bij Poiesz lagen. De container brandde volledig uit. De daders hadden gedronken. Het groepje vrienden waar de verdachte in die periode mee omsloeg, hing wel vaker rond bij de supermarkt. Er werd ook wel vaker brand gesticht.

Tegen de politie had de verdachte gezegd dat hij eigenlijk 'een meelopertje' was. Hij voelde zich min of meer onder druk gezet door de groep. Een van de mededaders had bij de politie verklaard dat de jongens het vooral kicken vonden als de brandweer weer aan kwam rijden. De officier van justitie sprak van 'stom meelopersgedrag'. Hij eiste een werkstraf van 90 uur en een voorwaardelijke celstraf van zes weken. Uitspraak 16 oktober.