'Een levensgevaarlijke dodenrit'

ma 28 september 2009, 21.20 regionaal

LEEUWARDEN - De officier van justitie sprak van 'een levensgevaarlijke dodenrit'. Met snelheden die opliepen tot 150 kilometer per uur reed een 18-jarige Driezumer in de nacht van 30 mei door Noordoost Friesland in een poging de politie te ontlopen. Toen hij in Westergeest van de politie een stopteken had gekregen, trapte de Driezumer het gaspedaal van de auto diep in. Hij had gedronken en hij had geen rijbewijs.

De politierechter legde hem maandag een werkstraf, een boete en een voorwaardelijke rijontzegging op. 'Het is begonnen als een geintje', zei de verdachte. Hij was op 30 mei met vijf maten op stap; vijf van de zes hadden, net als de Driezumer, geen rijbewijs. Allemaal hadden ze gedronken. De verdachte zei dat hij zich door zijn maten had laten 'ompraten' om toch achter het stuur te stappen.

Toen de politie de bestuurder het teken gaf om te stoppen, gaf de verdachte gas. 'Je raakt in paniek', zei hij. Ook zouden zijn kameraden hem aangespoord hebben om er vandoor te gaan. Er werd heel hard gereden. Zo hard dat de inzittenden van de auto de Driezumer sommeerden om het wat rustiger aan te doen. Dat viel volgens de verdachte wel wat mee. 'Ik denk dat ze niet zo bang waren. Ze moedigden mij juist aan om door te rijden'.

De officier had het gevoel dat de jongen de schuld een beetje probeerde af te schuiven. 'Jij bent de verantwoordelijke, jij zit achter het stuur', zei de officier streng. Uiteindelijk was de Driezumer maar gestopt, om brokken te voorkomen. Hij benoemde de alcohol en het feit dat hij 'een beetje makkelijk beïnvloedbaar' is als oorzaken van zijn roekeloze rijgedrag. Hij had zeven flesjes bier gedronken, wat bij de ademtest een promillage van 0,92 opleverde.

De rechter legde een boete op van 800 euro en een werkstraf van 30 uur. De voorwaardelijke rijontzegging van zes maanden moest volgens de rechter dienen 'als waarschuwing'. De officier van justitie had een onvoorwaardelijke rijontzegging van een half jaar geëist, plus twee maanden voorwaardelijk.