Jessica B.: veroordeling is 'rechterlijke dwaling'
LEEUWARDEN - Jessica B. (35) voelt de veroordeling door de rechtbank voor de moord op haar echtgenoot Tjeerd van Seggeren als ‘een rechterlijke dwaling’. Dat zei haar advocaat Brian de Pree woensdag tijdens een zogeheten regiezitting bij het gerechtshof in Leeuwarden. De Pree deed namens zijn cliënte het verzoek om het hoger beroep niet in Leeuwarden te laten plaatsvinden. Zij heeft het gevoel dat ze deze zomer in de Friese hoofdstad niet een eerlijk proces heeft gehad. Een behandeling van het hoger beroep bij het hof in Leeuwarden - op 50 meter afstand van de rechtbank - 'voelt' voor zijn cliënte niet goed, zei de advocaat.
Gevoelskwestie
In plaats van in Leeuwarden zou het hoger beroep in Arnhem gedaan moeten worden. Omdat enige jaren geleden de gerechtshoven in Arnhem en Leeuwarden zijn samengevoegd tot één ressort, zou dat in theorie mogelijk zijn. Er zou volgens de advocaat bij de rechtbank Leeuwarden ‘enige mate van vooringenomenheid’ hebben gespeeld bij de veroordeling van B. Zij is op 11 juli door de rechtbank veroordeeld tot 20 jaar cel voor de moord op haar echtgenoot. B. heeft altijd ontkend bij de moord betrokken te zijn geweest.
‘Bewijsmiddelen bungelen er bij’
Volgens De Pree is bij de rechtbank 'de overtuiging leidend geweest’. 'De bewijsmiddelen bungelen er een beetje bij’, zei de advocaat. Voor advocaat-generaal (AG, de officier van justitie in hoger beroep) Henk Dijkstra is er maar één plek waar de zaak behandeld moet worden, dat moet in Leeuwarden gebeuren. De afgeladen publieke tribune in zaal B van het gerechtshof sprak wat Dijkstra betrof boekdelen. ‘Deze zaak speelt zich af in Friesland en leeft enorm onder de Friese bevolking. Deze zaak moet door ons eigen hof in Leeuwarden worden behandeld’.
‘Het leeft in Friesland’
Voorzitter Harm Jan Deuring was het daarmee eens: ‘Het leeft in Friesland, het leeft in deze kleine gemeenschap. Het moet daar plaatsvinden waar het zich heeft afgespeeld’. Deuring benadrukte dat het hof 'niet bevooroordeeld' is. De voorzitter beloofde B. dat ze 'een faire kans' zal krijgen en dat het hof tot 'een onafhankelijk oordeel' zal komen. Het verzoek om een andere locatie werd afgewezen. Een verzoek van de AG om B. naar het Pieter Baan Centrum (PBC) in Utrecht te sturen voor psychologische observatie, werd wel door het hof gehonoreerd. Tijdens het onderzoek in de aanloop naar de rechtszaak had een psycholoog al aangegeven dat er bij B. mogelijk sprake was van persoonlijkheidsproblematiek.
Hoger beroep volgend jaar na de zomer
De psycholoog kon die problematiek niet vertalen naar een mogelijke stoornis, omdat te weinig wist over de achtergronden B. en omdat zij niet is geobserveerd in een kliniek. Dat gaat dus nu wel gebeuren in het PBC. Verder honoreerde het hof het verzoek van de verdediging om vijf getuigen te horen, waaronder de vrouw die in de nacht van de moord twee personen heeft gezien in het weiland aan de Bûterwei waar de volgende dag het stoffelijk overschot van Tjeerd van Seggeren werd gevonden. Het hoger beroep zal op verzoek van de advocate van de nabestaanden volgend jaar na de zomervakantie plaatsvinden. Voor die tijd zullen er nog een paar zogenoemde pro forma-zittingen zijn, waarin gekeken wordt naar de stand van het onderzoek.
‘Berekenend en planmatig’
Jessica B. is op 11 juli door de rechtbank in Leeuwarden veroordeeld tot 20 jaar cel voor de moord op haar man Tjeerd van Seggeren, toen 37 jaar oud. De rechtbank ging uit van moord met voorbedachte rade: de vrouw is volgens de rechtbank ‘berekenend en planmatig’ te werk gegaan. Ze heeft haar man, nadat hij het Freeze Force Festival in De Westereen had bezocht, in het weiland aan de Bûterwei gelokt waar Van Seggeren in de nacht van 8 op 9 juli 2017 door geweld om het leven is gekomen. Het Openbaar Ministerie (OM) vermoedde dat B. hulp van buitenaf heeft gehad, waarschijnlijk van familieleden uit Duitsland. Het OM heeft dat echter niet hard kunnen maken.
‘Concrete bewijzen’
De rechtbank concludeerde dat er aanwijzingen waren ‘voor het aandeel van anderen’. Maar tegelijkertijd ontbraken volgens de rechtbank ‘concrete bewijzen’ dat de weduwe hulp heeft gehad. Een moordwapen – ‘een smoking gun’ noemde de officier van justitie het – is nooit gevonden. De rechtbank stelde dat B. ‘een financieel belang’ had bij de dood van haar echtgenoot. Het huwelijk was al lange tijd niet goed, maar er was wel een overlijdensverzekering van zes ton afgesloten. Omdat er geen testament was, zou het volledige vermogen van Van Seggeren te goede komen aan de weduwe en de kinderen.
Heb je een tip? WhatsApp!
Stuur je bericht, foto of video via:
0638400733 of via de tiplijn