Gebroken been bij vechtpartij op parkeerterrein in Surhuisterveen

wo 17 juli 2024, 13.35 regionaal

LEEUWARDEN - Bij een vechtpartij op de parkeerplaats bij de Albert Heijn in Surhuisterveen, in augustus 2022, liep één van de betrokkenen een gebroken been op. "Iemand stampte op zijn voet", had een getuige bij de politie verklaard.

Beachparty in feesttent

De drie verdachten die woensdag tegenover politierechter Klaas Bunk zaten waren niet verantwoordelijk voor de beenbreuk, maar ze hadden zich wel schuldig gemaakt aan openlijke geweldpleging oordeelde Bunk aan het eind van de zitting. De verdachten waren op 20 augustus 2022 naar een beachparty in de feesttent in Surhuisterveen geweest.

Boksbeugel

Daar kregen een paar vriendengroepen uit verschillende dorpen het met elkaar aan de stok. De ruzie escaleerde op het parkeerterrein bij de Albert Heijn. Iemand die door de andere groep gebeld zou zijn, kwam in de auto aanrijden en zou met een boksbeugel in de hand naar de groep waar ook de verdachten bij hoorden zijn gelopen.

Slachtoffer weggeduwd

Het kwam tot een handgemeen, twee van de drie verdachten, twee 21-jarigen uit Harkema en Boelenslaan, hadden bekend dat ze klappen hadden uitgedeeld en dat er was geschopt. De 20-jarige broer van de verdachte uit Harkema had het latere slachtoffer weggeduwd om zijn broer te beschermen. Of zoals hij het zelf had gezegd: "Om ruimte te creëren".

Alle verklaringen "waardeloos"

Ze hadden gedronken, gaven de verdachten toe. Dat gold ook voor de getuigen. Doelend op het drankgebruik van alle betrokkenen stelde advocaat Henk de Jong van de verdachte uit Boelenslaan, dat alle verklaringen "waardeloos" waren. Dat de zaak erg lang op de plank had gelegen moest wat De Jong betrof doorklinken in de strafmaat.

"Gelijke monniken, gelijke kappen"

De Jong was duidelijk niet blij toen hij van officier van justitie Brinksma vernam dat de zaken tegen twee andere verdachten geseponeerd waren. "Dan was het beter geweest om ook deze zaken te seponeren. Gelijke monniken, gelijke kappen", aldus de raadsman. Daar ging de rechter niet in mee.

Vrijspraak en werkstraffen

Bunk oordeelde dat de jongste van de twee broers moest worden vrijgesproken. Dat was ook wat de officier van justitie en advocate Jessica Versluis hadden voorgesteld. De officier had voor de twee overige verdachten werkstraffen van 80 uur plus 80 uur voorwaardelijk geëist.

Bunk hield iets meer rekening met de ouderdom van de zaak en de persoonlijke omstandigheden en veroordeelde het tweetal tot werkstraffen van 120 uur waarvan de helft voorwaardelijk.